Gio vertelt: “vanwege de coronapandemie kon ik niet bij mijn vaders uitvaart zijn.“

Na een leven vol geheimzinnigheid blies de vader van Gio (29) op 19 april op Curaçao zijn laatste adem uit. Nadat hij als kleuter al zijn moeder was verloren, waren Gio en zijn zus nu op jonge leeftijd hun beide ouders kwijt. Zijn aangrijpende verhaal draait niet enkel om verdriet, maar misschien wel meer om de vragen die nooit meer zullen worden beantwoord. Vragen die een groot deel van zijn leven beheersen.

Een verstoorde relatie

“Ik accepteer het niet, maar je blijft mijn zoon.” Dit antwoord kreeg Gio toen hij zijn vader vertelde dat hij op mannen viel. Gio wist hoe zijn vader erover dacht, en dus ook hoe hij erop zou reageren. Hij was dan ook niet verbaasd dat zijn vader er nog aan toevoegde het ‘immoreel en vies’ te vinden. “Je blijft mijn zoon? Ik ben je zoon én ik ben homo. Dat staat niet los van elkaar. Wat moest ik met die opmerking?” Inmiddels is Gio al een tijd gelukkig met de palliatief verpleegkundige Marc. Ze wonen samen in Leiden. “Maar dat figuur waar je mee bent, die is niet goed voor je.” Dergelijke opmerkingen van zijn vader sneden door de ziel en zaaiden twijfel hoe hij, en óf hij met zijn vader om moest gaan. Maar zijn geaardheid was slechts een klein radertje in een stroef lopende motor van problemen.

Een leven vol geheimen

“De geheimzinnigheid was de voornaamste aanleiding voor de problemen die ik had met mijn vader”, schetst Gio. “Zo kwam ik er pas op mijn zestiende achter hoe mijn moeder was overleden. Door een misverstand tussen mijn oma en mijn vader, heb ik tot mijn zestiende altijd het verhaal gehoord over mijn moeder die zich op een dag niet zo lekker voelde. Ze kwam thuis, stapte onder de douche en kroop in bed. Ze werd nooit meer wakker. Het woord kanker was nooit gevallen. De ziekte waaraan mijn moeder overleed toen ik nog maar vijf jaar oud was, is 24 jaar later nu ook mijn vader fataal geworden. Met zijn dood besefte ik pas dat ik mijn beide ouders aan kanker ben verloren. Dat heeft me wel doen nadenken over de manier waarop ik tegen het leven aankijk.”

“Ik ben van nature heel nieuwsgierig, maar soms gesloten. Dat laatste had ik gemeen met mijn vader. ‘Ja is ja, nee is nee en vraag mij niet waarom.’ Dat botste continu. Als ik vroeg naar mijn moeder, zei hij: ‘Gio, je moeder is overleden. Accepteer het. Get over it.’ Maar diep van binnen weet ik dat hij het nooit heeft kunnen verwerken. Ik had nog zoveel over mijn moeder, en over de relatie die mijn vader met haar had, willen horen. Hij hield van haar, net zoals hij op zijn eigen manier van mij hield.”

Het slechte nieuws

De voortekenen van zijn ziekte manifesteren zich al twee jaar geleden, als de vader van Gio een paar keer flauwvalt. Ondanks dat Gio en zijn zus ongerust zijn, weigert hun vader een huisarts te raadplegen. Ze zoeken er verder niks meer achter. Misschien was hij zijn medicatie vergeten of was zijn suikerspiegel te laag. Maar als zijn vader zonder opgaaf van reden niet komt opdagen bij de geboorte van zijn kleinzoon – waarvan hij nog zo beloofd had erbij te zijn – voelen zijn kinderen dat het niet goed zit. Het is kanker, zo hoort Gio via via. Hij stuurt zijn vader het boek Radical Remission, een boek over de ziekte. De laatste bladzijde zou hij niet halen. “Ik vroeg hem of hij bang was om dood te gaan. Hij zei het alleen erg te vinden dat hij zijn kleinzoon niet op kon zien groeien. Over mijn zus en mij zei hij niets.”

Het einde

Het is Pasen als Gio zijn oma aan de lijn heeft: “Je vader praat helemaal niet meer.” “What the fuck?, dacht ik toen – niemand die mij dit even vertelt? Al wist ik dat de radiostilte daarvoor weinig goeds beloofde.” In die week intensiveert het contact en moeten er knopen worden doorgehakt over de zorg die zijn vader nodig heeft. Die zondag daarop hoort Gio dat de priester er is om de laatste sacramenten toe te dienen. “Dit gaat veel te snel, dacht ik.” Diezelfde avond gaat zijn telefoon: ‘Hi Gio, ik bel je even om te zeggen dat je vader is overleden.’ “Ik wilde nog met hem praten. Hem zeggen dat ik het heel erg vond hoe het tussen ons is gelopen. Ik was niet de zoon die hij wilde, en hij niet de vader die ik nodig had. Dit was geen afscheid.”

“Ik heb misschien vijf minuten gehuild. Toen kwamen de vragen: Wat is er gebeurd en hoe nu verder? Ik zit heel anders in elkaar dan mijn vriend Marc, die kort daarvoor zijn moeder verloor. Hij is een emotionele jongen. Ik krop het op, maar in mijn hoofd gaat het alle kanten op. Marc zei: ‘Er is geen goed of fout.’ Van iemand anders hoorde ik: ‘Je moet niet boos zijn op je vader.’ Maar dat was ik wel. En ik had daar alle reden toe.”

Vanwege de coronapandemie kunnen Gio en zijn zus niet bij de uitvaart zijn. Via een livestream volgen ze de dienst. “Ik heb nog wel getwijfeld of ik iets wilde zeggen, maar wist dat de vragen en het gevoel waar ik mee zat wellicht niet geschikt waren voor zo’n speech. Ik was verdrietig, maar voelde ook nog steeds de boosheid. Waarom heeft hij niets meer losgelaten? Waarom heeft hij niet geprobeerd niet meer uit zijn herstel te halen?”

Hoe nu verder?

Het rouwproces van Gio kent helaas ook nog een administratieve kant die veel tijd en moeite vergt, omdat zijn vader bij leven weinig op papier had staan. Een testament ontbrak. “Er is nog een hoop unfinished business.” Gio vindt het lastig om hiermee om te gaan, vooral omdat zijn oma van 92 – van wie hij zielsveel houdt – bij zijn vader in huis woonde. De vragen en onzekerheden die daarbij komen kijken trekken ook een emotionele wissel.

“Telkens als iemand mij vraagt hoe het gaat, beleef ik alles opnieuw. Daar heb ik meestal geen zin in. De mensen om mij heen zijn lief en bedoelen het goed, maar ik heb het gevoel dat ze mij niet begrijpen. Dat is ook niet vreemd, gezien de moeizame band die ik met mijn vader had. Elke vraag die ik mezelf stel, leidt tot alleen maar meer vragen. Zolang ik daar zelf niet uitkom, denk ik dat anderen mij ook niet kunnen helpen.”

“Ik maak me wel zorgen, hoor. Dat alles wat ik opkrop op een gegeven moment in een klap naar boven komt. Ik weet niet hoe ik dan zal reageren. Marc huilde na het overlijden van zijn moeder veel, maar ik merk dat het mij niet verder helpt. Niet omdat ik nou zo stoer ben, maar omdat het gewoon niet oplucht. Maar het helpt als je niet te veel stilstaat bij de gedachtes van anderen. Blijf dicht bij jezelf en schaam je niet voor je gevoelens. Ik hoop in de toekomst nog op zoek te kunnen naar antwoorden op de vragen die mijn vader altijd negeerde. Antwoorden die mij zullen helpen het verlies van mijn vader, maar ook zeker van mijn moeder, te kunnen verwerken. En als de antwoorden uitblijven, zal ik zoeken naar een manier om zelfs met onbeantwoorde vragen rust en vrede te vinden.”